Hierna moesten we echt wel een tijdje in de bus zitten op weg naar de river Kwai en het Don Rak ereveld. Bijna iedereen heeft liggen slapen. Een kwartier voor we er waren vertelde Paul ons allerlei wetenswaardigheden over de doden spoorlijn, die in de tweede wereldoorlog is aangelegd door de Japanners, tussen Thailand en Burma. Zij gebruikten hier krijgsgevangenen voor, die afschuwelijk hebben geleden. Elk land kent toch zijn eigen gruwelijkheden en je vraagt je soms af waarom er zoveel sadisten rondlopen. We zijn gestart in het Thailand/Burma Railway museum. Wat kan ik daar over zeggen, eigenlijk niets meer dan dat dit heel indrukwekkend was. Alle soldaten (uit Engeland, Nederland, Australië en de USA) zijn opgegraven en op het ereveld opnieuw begraven met een gedenksteen waar hun naam opstaat. Zij konden worden geïdentificeerd omdat zij een naamplaatje droegen. Er waren ook rond de 90.000 Aziaten daar te werk gesteld en helaas hebben zij degene die hier het leven het gelaten, niet kunnen identificeren. Na het museum hebben we over het zeer goed onderhouden ereveld gewandeld. Nabestaanden moeten het toch een fijn idee vinden dat de mensen hier deze graven zo goed onderhouden. Dan kijk je naar al die Hollandse namen en het ging om allemaal jongens van rond de 22. Je zal toch de ouders zijn geweest en later gehoord hebben hoe ze soms gruwelijk om het leven waren gekomen.
Het laatste wat we vandaag gaan bekijken is de beroemde brug over de river Kwai. Ook hier weer een beetje circus met allerlei marktkraampjes. De brug is, in tegenstelling tot wat er gezegd wordt, grotendeels authentiek. Het middendeel is in het laatste oorlogsjaar nog gebombardeerd en hier hebben ze twee andere ijzeren stukken voor teruggeplaatst (in datzelfde jaar). We konden over de brug heen wandelen. Ook hier rijdt nog dagelijks een trein en na een kwartiertje kwam deze er ook daadwerkelijk aan. Op de brug zijn plateautjes met ook hier een rode streep waar je achter moet blijven als de trein de brug over rijdt. Je hoeft dus niet halsoverkop de brug af te rennen. Gek idee, dat hier zoveel dwangarbeiders onder erbarmelijke omstandigheden aan gewerkt hebben en dat het nu een toeristische bezienswaardigheid is.
Iedereen was een beetje stil hierna in de bus. Het was inmiddels al bijna 5 uur en gelukkig was het hotel niet ver weg. Na een kwartiertje kwamen we aan in zo’n vergane glorie hotel. Hartstikke ruime kamer en ligging aan de rivier. De douche geeft zo’n lullig straaltje, maar ja, we zijn er maar één nacht. Omdat we echt in de rimboe zitten, eten we in het hotel wat overigens helemaal niet verkeerd was. Morgen worden we weer vroeg gewekt (om 6uur) en dan hebben we echt een lange reisdag, maar wel met een aantal bezienswaardigheden onderweg. Het is inmiddels al weer na 22 uur en ik wil echt een beetje op tijd in bed liggen. Dus als Ron dit geplaatst heeft gaan de lichten uit. Tot morgen.