Ook vandaag zal er een tijd in de bus gezeten moeten worden namelijk 400 km. We hadden een rustige ochtend, we moesten de kamer om 12
uur verlaten en zouden daarna nog lunchen. Eerst op ons gemak koffie en thee gedronken op het terras van het hotel. Voor de lunch had Gio een
aparte ruimte geregeld voor ons om te eten. Daar was het heel rustig en zaten we niet in het dronken geschreeuw van de Cubanen.
Wonderbaarlijk dat er 's morgens vroeg al zoveel wordt gedronken. Ze komen met bekers waar 6 glazen bier in kunnen, maar goed wij zaten
lekker rustig en het eten was ook goed te doen.
Je mag ivm Corona niets zelf opscheppen, dus je wijst aan wat je wilt hebben en als je niet uitkijkt komt het per halve kilo op je bord te liggen. Je moet goed aangeven dat je niet zoveel wilt hebben. Daarna was het instappen geblazen. Niets gaat hier snel door de slechte wegen dus maken we ons op voor de lange busrit. Volgens Gio zullen we minstens 6 uur in de bus zitten.
Onderweg was ons al een paar keer opgevallen dat de Cubanen maar per 1 iemand naar binnen mogen bij de bakker (Corona) hierdoor staan er lange rijen voor de winkel en dat in de hitte. Ze zijn ook enorm gedisciplineerd met het dragen van een mondkapje. Of je ze nu op hun paard en wagentje ziet zitten, of liftend langs de kant van de weg, zelfs kinderen dragen altijd en overal een mondkapje. Behalve natuurlijk met eten en drinken. Wij dragen het kapje niet meer zo vaak, vooral omdat Gio heeft gezegd dat er nauwelijks gecontroleerd wordt. Des te meer bijzonder dat ze het kapje zo consequent dragen. Gio durft nu eindelijk in de bus als hij ons wat wil vertellen zijn mondkapje af te doen. Hij is niet alleen beter te verstaan maar hij heeft het zo ook minder benauwd. Als hij de microfoon pakt weten we altijd dat het tijd is voor een les. Hij start dan altijd met de zin " Attentie, het is tijd voor een les".
Hij leert ons veel over de geschiedenis, de cultuur en de politiek. Erg interessant en
we mogen hem alles vragen. Na een vraag van ons reageert hij altijd met " goeie vraag". We plagen hem er wel eens mee, iets waar hij goed tegen
kan. Ik heb al eerder verteld dat Gio in Cuba Nederlands heeft geleerd en dat wij de eerste groep zijn na ruim 2 en half jaar waar hij weer
Nederlands mee praat. In het begin was het dan ook af en toe zoeken naar woorden, nu gaat het al stukken sneller. Als hij in zijn emotie zit vraagt
hij of hij het in het Engels mag vertellen omdat hij dat nog beter beheerst. Dit gebeurt met name als het over politiek gaat. Als je hoort wat er
tijdens de crisis in 1990/1995 is gebeurt dan geloof je je oren niet. Wat hebben de Cubanen geleden en doen ze dat eigenlijk nog steeds.